Als je alle keurmerken op een chocoladereep ziet staan, zou je bijna denken dat je meewerkt aan een betere wereld: een slaafvrije wereld, een gezond regenwoud of gewoon een beter leven.
Maar klopt dat eigenlijk wel?
Als je in de supermarkt staat, lijkt een duurzame keuze snel gemaakt: de logo’s en keurmerken vliegen je om de oren. Vrijwel iedere reep heeft er één. Op Tony’s Chocolonely staat Fairtrade, op een KitKat staat UTZ en op een Mars staat het groene Rainforest Alliance kikkertje. Ziet er leuk uit, maar wat betekent het?
Als je chocolade met een keurmerk koopt, zitten daar dan alleen ‘goede’ cacaobonen in? Nee, want chocola met een keurmerk als Fairtrade of Rainforest Alliance is meestal geproduceerd volgens het mass balance-systeem. Daardoor weet je nooit precies wat voor cacao je eet.
Veel chocolademerken kopen hun cacao duurzaam gecertificeerd in. Maar certificering is duur, en ingewikkeld. Daarom hebben chocoladeverwerkers en -fabrikanten steeds vaker hun eigen duurzaamheidsprogramma. Hier lees je over de programma’s van de grote chocolademerken zoals je die in de supermarkt tegenkomt.
Chocolademerken in Nederland willen dat al hun chocola vanaf 2025 duurzaam gecertificeerd is. Maar waarom gebeurt dat niet nu al? Want die gecertificeerde cacao ligt al stapels hoog klaar in de pakhuizen van Ghana en Ivoorkust.
In het chocoladeschap liggen veel soorten chocolade. Ze hebben vrijwel allemaal een duurzaamheidskeurmerk op de wikkel. Er zijn repen met het Fairtrade- of UTZ-keurmerk, maar ook chocola met allerlei andere logo’s zoals losgebroken ketens, bloemen of ineengeslagen handen. Waarom zijn het er zo veel? André Nijhof, hoogleraar Sustainable Business and Stewardship aan Universiteit Nyenrode, weet er alles van.
Nederland is wereldspeler in cacaohandel. Aan de Universiteit van Wageningen wordt aan de lopende band onderzoek gedaan naar de industrie. Linda Klunder dook voor haar master Management, Economics and Consumer Studies de afgelopen maanden in de wereld van eerlijke(re) chocola.